Ruimteclaim IRM moet snel duidelijker worden

Voor de Boeg

Eind vorig jaar namen we afscheid van programmamanager Jan Willem Kamerman. Marieke Hofstra nam als interim programmamanager het stokje over. Een belangrijke taak waar zij zich mee bezig houdt, is het inrichten van de organisatie voor het vervolg van IRM.

Marieke Hofstra
Marieke Hofstra

Marieke Hofstra, werkzaam bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW), is binnen IRM een bekend gezicht. Vanaf de start is zij nauw betrokken. Een periode minder direct toen zij programmamanager was van de Beleidstafel Wateroverlast en Hoogwater, ingericht om te leren van de overstromingen in Limburg in juli 2021.

Sinds een aantal weken zorgt Marieke ervoor dat alles achter de schermen bij IRM soepel verloopt. Via deze Voor de Boeg houdt zij je de komende tijd op de hoogte van de ontwikkelingen.

Aan de slag

Op dit moment worden de puntjes op de i gezet van het werkplan IRM 2024 – 2026. Hierin staat uitgewerkt wat we als Rijk en regio samen binnen IRM gaan doen in de periode tot 2026 om de beleidskeuzes voor de bodemligging en de benodigde ruimte voor onder andere de afvoercapaciteit concreter te maken. De hele eerste fase die dit jaar start en waarin we de beleidskeuzes concretiseren loopt uiteindelijk tot 2029 door. Het werkplan focust zich nu op de eerste twee jaar wanneer ook de voorkeursstrategieën en deltabeslissingen van het Deltaprogramma worden herijkt. IRM sluit aan op dit proces om zo aan het eind in samenhang keuzes te kunnen maken.

Medio juli vragen we de stuurgroep IRM het werkplan 2024 – 2026 vast te stellen. Dan kunnen we echt voluit aan de slag. Tot dan doen we wat nu al kan, onder andere de praktische voorbereiding van het vervolg.

Positief advies Commissie mer

Eind april kwam het onafhankelijke advies binnen van de Commissie voor de milieueffectrapportage over het door IRM ingediende planMER. Het planMER bevat informatie over de milieueffecten van het nieuwe rivierenbeleid uit het (Ontwerp) Programma IRM. De commissie was positief over deze onderbouwing van het rivierenbeleid. Voor een ingewikkeld programma als IRM is het best bijzonder dat de commissie helemaal geen aanpassingen voorstelt. Complimenten dus aan onze collega’s die het planMER hebben opgesteld.

Voor het vervolg doet de commissie wel duidelijke aanbevelingen. Met name dat er snel duidelijkheid nodig is over hoeveel ruimte er nodig is om het nieuwe rivierenbeleid uit te voeren. Er zijn natuurlijk meerdere ruimtevragers, zoals voor de woningbouw.

Het is goed en terecht dat de commissie hier aandacht voor vraagt. De hele ruimtelijke puzzel in Nederland is ontzettend actueel, urgent én ingewikkeld. De Commissie mer vindt het van belang dat IRM tijdig input levert voor de Nota Ruimte. Op dit moment is het nog steeds de bedoeling dat het kabinet vóór deze zomer een Voorontwerp Nota Ruimte uitbrengt. Het nieuwe kabinet zal dit Voorontwerp Nota Ruimte omzetten naar een Ontwerp Nota Ruimte, die ook ter visie zal worden gelegd. De Nota Ruimte volgt daarmee hetzelfde proces als het Programma IRM, beiden een Programma onder de Omgevingswet.

Stuurgroep onderstreept urgentie ruimteclaim

Ook in de stuurgroep IRM op 8 mei jl. was ruimte een belangrijk gespreksonderwerp. Zowel op het Ontwerp Programma IRM ingediende zienswijzen als het advies van de Commissie mer gaven aanleiding om door te praten over wat de ambitie is op dit onderwerp. De stuurgroep heeft de urgentie onderstreept dat zo snel als mogelijk duidelijk moet zijn op welke binnendijkse locaties meer ruimte nodig is. Zij gaf opdracht voor de volgende stuurgroep in juli uit te werken wat met betrekking tot de ruimteclaim haalbaar is om in 2026 op te leveren.

Stroomlijnen nationale programma’s

De stuurgroep heeft 8 mei daarnaast een goed gesprek gevoerd over de wijze waarop we binnen IRM sectorale programma’s beter kunnen stroomlijnen op onder andere inhoud, tijd en het ruimtelijke vraagstuk. Deze nationale programma’s komen in de gebieden samen. Door alles beter op elkaar af te stemmen verbeteren we de integraliteit binnen uitvoeringsprojecten. Dat is voor projecten nu soms nog een te grote zoektocht en de wens is dit efficiënter te organiseren in de toekomst. Dat is dan ook één van de ambities in het Programma IRM die we de komende jaren uitwerken.

We zullen hierover dus nog vaker het gesprek organiseren. De stuurgroep heeft ons gevraagd dit vooral te doen aan de hand van voorbeelden uit de praktijk, zoals bijvoorbeeld lopende of afgeronde projecten zowel binnen als buiten ons eigen werkveld. In deze stuurgroep hebben we het gesprek gevoerd aan de hand van het programma PAGW (Programmatische Aanpak Grote Wateren). Met PAGW werkt IRM al nauw samen.

Wat we gaandeweg hiervan leren passen we natuurlijk waar mogelijk meteen toe. Zo was de conclusie dat we nu al de stuurgroep IRM kunnen benutten voor bestuurlijke afstemming van de relevante programma’s. We hebben in dit overleg de juiste bestuurders al aan tafel.

Vaststelling Programma IRM

Genoeg te doen dus de komende jaren. Natuurlijk werken we daarbij samen met landelijke, regionale en lokale overheden en maatschappelijke organisaties. In het werkplan 2024 – 2026 staat een duidelijke taak- en rolverdeling. En de uitgangspunten voor participatie en communicatie die de nieuwe manager participatie en communicatie van IRM, Sascha Oskam, nader uitwerkt. Zij vertelt hier meer over in deze nieuwsbrief.

De komende weken ligt de focus op het afronden van het werkplan 2024 – 2026 en het verwerken van de zienswijzen die veelal ook tips en aandachtspunten voor het vervolg van IRM bevatten. Zodat we medio juli de stuurgroep IRM om instemming kunnen vragen van het concept Programma IRM. Na de zomer volgt dan vaststelling door de nieuwe minister van Infrastructuur en Waterstaat. in samenspraak met de ministers Natuur en Stikstof en Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening.

Na vaststelling door de minister kan ook de reactienota met beantwoording van de zienswijzen worden gepubliceerd op www.bouwplaatsirm.nl en www.platformparticipatie.nl/irm. Indieners van een zienswijze ontvangen dan ook een brief met een verwijzing naar waar in de reactienota antwoord wordt gegeven op de zienswijze.

Tot slot

Tot slot en bepaald niet onbelangrijk is twee weken geleden het hoofdlijnenakkoord van het nieuwe kabinet gepubliceerd. Uit dit hoofdlijnenakkoord blijkt dat de formerende partijen de opgaven in het rivierengebied herkennen en belangrijk vinden. Het is nu afwachten op de volgende stappen die de partijen zetten in het formeren van een kabinet. Duidelijk is en blijft dat we als partijen gezamenlijk een opgave hebben waar we de komende jaren onze schouders onder kunnen zetten. Ik kijk ernaar uit om de komende maanden hier gezamenlijk met alle partijen een goede start aan te geven.

Marieke Hofstra, interim programmamanager IRM

Blijf op de hoogte en meld je aan voor de nieuwsbrief IRM.

Laatst gewijzigd: 27 mei 2024