KNMI’23-klimaatscenario’s onderstrepen het belang van Integraal Riviermanagement

Achtergrond

De KNMI’23-klimaatscenario’s tonen een nog verontrustender beeld dan de voorgaande scenario’s van 2014. Klimaatverandering is een feit, het klimaat verandert sneller dan verwacht en klimaatverandering zet verder door. IRM heeft haar plannen voor een toekomstbestendig rivierengebied op papier gezet. Wat betekenen de nieuwe klimaatscenario’s voor het rivierengebied en IRM?

Zomerhoogwater Maas - bron Rijkswaterstaat
Zomerhoogwater Maas - bron Rijkswaterstaat

Op grond van verwachte CO₂-uitstoot en neerslag schetst het KNMI vier toekomstscenario’s voor de klimaatverandering in Nederland. De werkelijkheid ligt mogelijk ergens in het midden. Maar in alle gevallen is er sprake van versnelde klimaatverandering. Ook in het meest optimistische scenario stijgt de zeespiegel sneller, neemt de temperatuur toe en worden de zomers droger en de winters natter. Het KNMI verwacht in die drogere zomers ook vaker extreme zomerbuien.

Zomerbuien

De zomerbui die in 2021 onder andere Limburg trof leidde tot een ongeëvenaard hoge waterstand in de Maas. Dat extra water kon de Maas ternauwernood verstouwen met dank aan de rivierverruimende maatregelen die na de overstromingen van 1993 en 1995 zijn uitgevoerd. Daardoor bleef schade tot het Geuldal beperkt. De vraag is of andere riviertakken op dergelijke zomerbuien zijn voorbereid.

Nat en droog

Door de zeespiegelstijging zullen de grote rivieren in de toekomst moeilijker in zee afwateren. Dit kan betekenen dat we in natte perioden meer water moeten vasthouden in het rivierengebied. Zeespiegelstijging leidt tevens tot verdere zoutindringing in het achterland. Tot nog toe wordt zoutindringing vooral bestreden door veel zoetwater over de grote rivieren naar het westen te dirigeren. Maar de droge periodes die de afgelopen jaren zijn gepasseerd tonen aan dat het volgen van deze strategie steeds moeilijker wordt. Daarbij komt dat het ook zaak is voldoende water over de IJssel te krijgen om het IJsselmeer op peil te houden. Ontwikkelingen waar IRM voor het rivierengebied op moet reageren.

Naar een toekomstbestendig rivierengebied

IRM gaat uit van KNMI’14-klimaatscenario en die zijn minder vergaand. Mede op basis van deze eerdere scenario’s presenteert IRM beleid gericht op een toekomstbestendig rivierengebied; beleid op het gebied van de rivierbodemligging en sedimenthuishouding (stoppen en keren van het uitslijten van het zomerbed), de afvoer- en bergingscapaciteit (hoeveel water denken we veilig te moeten ontvangen) en de ruimtevraag (hoeveel ruimte denken we voor een toekomstbestendig rivierengebied nodig te hebben). Dit nieuwe beleid wordt het fundament voor vervolgstappen die in de toekomst zullen worden gezet. En daarbij zullen nieuwe kennis en ontwikkelingen telkens worden benut. Zo ook de KNMI’23-klimaatscenario’s. Daar gaan we nu al mee beginnen.

Laatst gewijzigd: 27 november 2023