Hoe bouw je samen aan IRM?

Aan het woord

Het rivierengebied wacht grote veranderingen. Veranderingen die al zichtbaar en voelbaar zijn in de achteruitgang van natuur en stremmingen bij de scheepvaart bij steeds vaker voorkomende lage rivierafvoeren. IRM geeft hier een antwoord op door aandacht voor de samenhang van alle rivierfuncties. De betrokkenheid van partneroverheden en belanghebbenden is onontbeerlijk. “IRM wortelt in de kennis van het rivierengebied, en die kennis begint lokaal”, meent omgevingsmanager Hans Brouwer. 

 Hans Brouwer, Omgevingsmanager Integraal Riviermanagement
Hans Brouwer, Omgevingsmanager Integraal Riviermanagement

Bovendien, IRM levert niet zomaar een visie op van een toekomstbestendige inrichting van het rivierengebied. De visie is de opmaat voor een haalbaar en uitvoerbaar programma van maatregelen. Haalbaarheid en uitvoerbaarheid hangen af van maatschappelijk begrip, vertrouwen en steun. Evenzeer als van techniek en financiën. Daarom is vanaf het begin het gesprek en de samenwerking met partneroverheden en belanghebbenden noodzakelijk.”

Aanleiding voor dit gesprek is het participatie- en communicatieplan, waarvan de kern sinds kort op deze online Bouwplaats staat. Waarom is dit plan geschreven?

“Een plan is een communicatiemiddel op zich. Als het goed is maakt het voor eenieder helder wat het doel van de participatie is en welke stappen wanneer en met wie worden voorzien.“

Hoe is het plan tot stand gekomen?

“Idealiter komt een participatie- en communicatieplan in samenwerking tot stand. Het plan zelf als eerste resultaat van participatie. We hebben daarom zoveel mogelijk behoeften opgehaald. Onder andere met de terinzagelegging van de Notitie Reikwijdte en Detailniveau waarin we opriepen ook zienswijzen in te dienen over participatiebehoeften. Tijdens de startbijeenkomst in februari vorig jaar was dit ook een belangrijk gespreksonderwerp. Ook de geluiden die we tijdens onze parallelsessie op het Deltacongres en de Bouwdagen hoorden zijn meegenomen. Bijvoorbeeld over burgerparticipatie. IRM bouwt bovendien voort op de processen en structuren in de regio’s Rijn en Maas en die zijn in samenspraak tot stand gekomen.”

“Uit al deze informatie blijkt de wens om vroegtijdig en actief betrokken te worden. Onze opzet van interactieve werksessies en Bouwdagen zijn hier uitvloeisel van. Met regelmatige nieuwsbrieven en– in de naaste toekomst – participatiefunctionaliteiten op deze online Bouwplaats beogen we regelmatig en tijdig ruimte te geven om actieve betrokkenheid mogelijk te maken.”

“Het gesprek over hoe we samen kunnen bouwen aan IRM stopt natuurlijk niet nu we een plan hebben liggen. We zullen die gesprekken zelf blijven voeren en onze oren openhouden voor indirecte signalen. Ik hoop van harte dat men ons ook weet te vinden met aanvullende wensen of kritiek.”

Wat vind je in de participatie de grootste uitdaging?

“Dat zijn een aantal zaken. Het begint natuurlijk bij onszelf en het goed aan laten haken van alle partneroverheden en maatschappelijke organisaties en hen ook aangehaakt houden. Dit is al een klus op zich. Temeer daar de complexiteit groot is en de schaal haast landelijk. Daarbij werkte IRM met een tijdspad dat spanning zette op een rustige en gedegen interactie. Snelheid is geboden maar zorgvuldigheid kost tijd. Wat dat betreft is er nu meer balans.”

“We krijgen geregeld de vraag waarom individuele belanghebbenden nog niet bij IRM betrokken zijn. Ons antwoord was aanvankelijk dat IRM nog niet tot concrete ideeën op lokale schaal leidt. Daarmee wordt het voor velen een ‘ver-van-mijn-bed-show’ of lopen we het risico onnodige zorg te veroorzaken. Naar aanleiding van het signaal dat onze partners tijdige betrokkenheid van deze groep belangrijk vinden zinnen we op andere manieren om belanghebbenden te betrekken. Passend bij deze abstracte fase en dus anders dan de bewonersavonden die uitvoeringsprojecten organiseren.”

“We verkennen nu de mogelijkheden van informeren in bezoekerscentra, het ophalen van waarden die bewoners en gebruikers aan de rivieren ontlenen en het instellen van een meedenkend burgerpanel.”

We beseffen ons hierbij ook dat IRM tot 2050 en verder kijkt. Dat betekent dat we nu niet in gesprek zijn met de toekomstige gebruikers van het rivierengebied. Daarom zijn we bezig met te verkennen hoe we jongeren van basisschool tot universiteit kunnen bereiken en met IRM laten meedenken. Om ook van hen te leren wat zij belangrijk vinden aan de inrichting van hun (toekomstige) leefomgeving.”

Lees op deze online Bouwplaats over hoe we samen bouwen aan IRM. Aanvullende wensen of punten voor verbetering? Ideeën en tips over hoe we individuele belanghebbenden en jongeren passend kunnen betrekken? Mail ons: info@bouwplaatsirm.nl

Laatst gewijzigd: 10 oktober 2023